Na een dagje relaxen aan het strand in Kusadasi zijn we vroeg vertrokken naar Pamukkale. We hebben de auto geparkeerd, wat gegeten en toen waren we er helemaal klaar voor! Pamukkale is al van ver te zien. Het zijn kalkstenen baden die zich gevormd hebben tegen de helling van een berg door het kalksteenrijke water dat er al eeuwenlang langs stroomt. Pamukkale betekent “kasteel van katoen” in het Turks en zodra je de baden ziet in de verte, begrijp je de naam. In het kale, heuvelachtige landschap steekt het felle wit van de baden enorm af.
Schoenen uit
Pamukkale wordt druk bezocht door toeristen. Bussen stromen af en aan en bovenop de berg is het file lopen. Wij hebben de auto onderaan de berg geparkeerd en zijn langs de baden omhoog gelopen. Van te voren leek dit een steile klim maar het viel hartstikke mee, vooral omdat je bij bijna elk bad stopt om foto’s te maken en er doorheen te waden.
Om pamukkale te beschermen, mag je niet met je schoenen over het tere kalksteen lopen. We hebben de schoenen uitgetrokken en aan de tas gebonden. Ik had m’n nagels net gelakt, maar na een uur was het grootste gedeelte van de lak er alweer afgesleten. Onderweg staan overal beveiligers met blote voeten en opgestroopte broeken met een fluitje om de, vooral Russische, toeristen te waarschuwen waar ze niet mogen komen.
Een warm bad met spa
Na ongeveer anderhalf uur waren we boven aan de berg en hadden we een geweldig uitzicht over de baden en over de vallei. Omdat het landschap zo kaal is kun je kilometers ver kijken en is pamukkale echt een oase in een droog en dor landschap.
Bovenop de berg vind je Hierapolis, de oude stad die bij de baden is gebouwd. Al vanaf de tweede eeuw voor Christus maakte men gebruik van het geneeskrachtige water van Pamukkale. Leuk dat wij ruim 2000 jaar later in dezelfde baden zitten als de mensen toen. We hebben de opgravingen bekeken en zijn toen naar het bad geweest waar het water omhoog borrelt. Het is net alsof je in een warm bad Spa rood aan het zwemmen bent. Het water bubbelt en is ongeveer 38 graden Celsius. Je zwemt over de oude zuilen, schijnbaar hebben ze er zoveel van dat je ertussen kunt baden. Het zwembad was wel super druk, vol met Russen, en ik vond het een beetje viezig. Er dreven groene stukjes alg en mark had een stuk in zijn nek. Bah.
Als je dichterbij de bron komt is het water warmer en drijven er ook minder algen. Het bad is hier heel diep! Mark is naar de bodem gedoken en heeft er filmpjes van gemaakt. Een Japanner bood haar duikbril aan zodat we ook even onderwater naar de bron konden kijken en dat was prachtig. Met de GoPro was even uitproberen, het was de eerste keer dat we hem gebruikten. De filmpjes waren leuk maar de foto’s die hij maakt zijn minder geslaagd.
Weer naar beneden
Na anderhalf uur in het bad vonden we het genoeg geweest en zijn we eruit gegaan. We moesten de berg weer af en dat was best lastig! De grond is op sommige plaatsen erg glad doordat het water er langs stroomt en door het water is het steen glad afgesleten. Je loopt langs de afgrond en op sommige stukjes is het erg smal en moet je ook de tegemoetkomende toeristen passeren. Ik vond naar beneden lastiger dan omhoog.
We moesten nog een paar uur rijden naar onze volgende bestemming: Bodrum. Het was een prachtige route. Van de kale, open vlakten die gebruikt worden voor de landbouw en veeteelt kwamen we in een bergachtiger en bosrijke omgeving. We moesten flink doorrijden om voor het donker in Bodrum aan te komen en dat is net gelukt. Bodrum is een prachtige kustplaats met schattige witte huisjes. We hebben gegeten in een klein restaurant aan de haven en zijn totaal uitgeput op tijd naar bed gegaan.